De Wlz (Wet langdurige zorg) is er voor mensen die hun hele leven veel en zware zorg nodig hebben. Dit kan ook voor kinderen gelden.
Situaties waarin een kind Wlz-zorg kan krijgen
Het kind heeft een verstandelijke beperking, lichamelijke ziekte of beperking en/of een zintuiglijke beperking. Er is een diagnose van een arts of een gz-psycholoog; en
Door deze aandoening of ziekte moet er dag en nacht iemand bij uw kind in de buurt zijn. Uw kind kan niet zelf hulp inroepen als dat nodig is. Als er niemand is, kan er iets ernstig misgaan, en
Het is al duidelijk dat uw kind deze intensieve zorg levenslang nodig heeft. Dus ook als volwassene moet er altijd iemand in de buurt zijn. Anders gaat er iets ernstig mis.
Medische gegevens
Het CIZ beoordeelt de medische gegevens die u heeft meegestuurd met de aanvraag. Zo nodig vraagt het CIZ extra gegevens op. Het CIZ kan ook op huisbezoek komen.
Aandachtspunten bij Wlz-zorg voor jeugd
Kinderen tot 18 jaar die intensieve lichamelijke zorg nodig hebben vanwege een ziekte of lichamelijke beperking krijgen medische kindzorg vanuit de Zorgverzekeringswet. Zie hiervoor: Verpleging en verzorging voor ernstig zieke kinderen.
Kinderen tot 18 jaar met psychische en psychiatrische problemen krijgen hulp vanuit de Jeugdwet. Ook als het gaat om ernstige problemen.
Het CIZ beoordeelt onder meer of uw kind hulp in kan roepen als dit nodig is. Dit wordt 'adequaat alarmeren' genoemd. Zelf alarmeren kan bijvoorbeeld moeilijk zijn door lichamelijke problemen of problemen met denken, geheugen, aandacht, of concentratie.
Kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan omdat uw kind zelf geen hulp kan inroepen? Dan is 24 uur per dag, ook op onverwachte momenten, zorg in de nabijheid nodig om te voorkomen dat uw kind in een gevaarlijke situatie komt.
Het CIZ kijkt bij kinderen ook naar de ‘gebruikelijke zorg’ van ouders aan hun kind. Dit is de dagelijkse verzorging en opvoeding die alle ouders aan hun kind bieden. Zorg voor uw kind die valt onder gebruikelijke zorg, kan niet vanuit de Wlz worden geleverd.
Om Wlz-zorg te krijgen moet uw kind een blijvende (levenslange) zorgbehoefte hebben. Bij jonge kinderen is dat nog niet altijd duidelijk. Door behandeling en ontwikkeling kan de situatie misschien nog veranderen.
Bij jonge kinderen ligt het accent vaak op de medische zorg. Die wordt vergoed vanuit de Zorgverzekeringswet. De zorgbehoefte kan langzaam verschuiven naar begeleiding. Dan wordt duidelijk of het kind vanwege de verstandelijke beperking levenslang en levensbreed zorg nodig heeft. Zo ja, dan kunt u (opnieuw) een Wlz-indicatie aanvragen. Vaak gebeurt dit rond het 5e jaar, maar dat kan ook eerder of later zijn.
Het CIZ hanteert géén harde leeftijdsgrens.
Bij een Wlz-indicatie hoort een zorgprofiel. In het zorgprofiel staat welke zorg uw kind nodig heeft. Het CIZ bepaalt welk zorgprofiel het beste past bij de zorgvraag van uw kind.
Heeft uw kind meer zorg nodig dan het best passende zorgprofiel biedt? Dan kunt u misschien extra budget krijgen. Hiervoor zijn verschillende regelingen.
Heeft uw kind voor de 18e verjaardag een indicatie voor Wlz-zorg gekregen? Dan houdt uw kind recht op Wlz-zorg. U hoeft hiervoor geen nieuwe indicatie aan te vragen.
Toch verandert er wel wat. Uw kind gaat een eigen bijdrage betalen. En mogelijk krijgt uw kind een andere zorgaanbieder.
Wlz-zorg voor uw kind vraagt u aan bij het CIZ. Het CIZ stelt vast of de zorgvraag van uw kind aan de voorwaarden voor de Wlz voldoet. Daarbij is de grondslag belangrijk: heeft uw kind een ziekte of beperking die toegang geeft tot de Wlz?
Als uw kind meer beperkingen heeft, kijkt het CIZ welke beperking de meeste invloed heeft op de zorgvraag.
Wat als uw kind geen Wlz-zorg krijgt
Heeft het CIZ de Wlz-indicatie afgewezen? Dan kunt u terecht bij uw gemeente (Jeugdwet) en/of zorgverzekeraar (Zvw).
